http://www.kunstvereniging.nl/expositie/dromerige-wandeling
Gedurende de lentemaanden is het weer mogelijk om gratis de wandeling van Pieke Werner te maken. Aan de hand van een boekje en enkele audio-aanwijzingen neemt zij u mee de natuur in. Op deze manier wil zij een wereld ontsluiten die anders geheim zou blijven.
De kunstenares neemt de wandelaars mee de natuur in aan de hand van een boekje met verhalen, afbeeldingen, een kaart en audio-opnamen. Tijdens de wandeling ontsluit zij een wereld die er zou kunnen zijn: onder het oppervlak van de dingen, buiten de controle van de mensen die er wonen en schijnbaar heersen…
Pieke Werner vertelt tijdens haar ‘Johannes’ wandeling bijvoorbeeld over de Johannes Kerk in Diepenheim en haar oorsprong, maar geeft ook een andere, poëtische kijk op hetgeen er achter schuil gaat. Bij een bijzonder stukje natuur aan de Regge zingt zij over een boer die daar aan het werk is, die er misschien wel is, of was, of zou kunnen zijn. Het beeld ontstaat zo voor de ogen van de luisteraar.
Elke locatie krijgt in combinatie met haar teksten, afbeeldingen en/of audio een bijzondere betekenis.
Vraag naar de wandeling bij Herberg de Pol.
De wandeling is te lopen vanaf 22 maart t/m 31 mei 2015.
Zo, dus ik dacht in de voetsporen van Pieke Werner te mogen lopen, benieuwd naar wat haar geïnspireerd heeft op een voor mij oh zo bekende wandelroute ... die zij de naam Johannes wandeling gegeven heeft, wel dat pakte in eerste instantie anders uit dan verwacht ... Ik mocht mijzelf namelijk eerst twee keer voornemen de wandeling te gaan wandelen, alsof er geselecteerd wordt op uithoudingsvermogen en dan niet in letterlijke (alhoewel? misschien gaat dat nog blijken als ik eenmaal loop) maar in figuurlijke zin, om in haar voetsporen te mogen stappen ...
De eerste poging, afgelopen zondag, blijkt de Herberg de Pol, waar de route te halen is, gesloten ivm werkzaamheden.
Op de deur hangt een schrijven dat de route 11 en 12 april bij de kunstvereniging te halen is maar, daar aangekomen,
weet men van niets ...
Een tweede poging, maandagmiddag, de Herberg is nu open, maar de route is niet beschikbaar, uitgeleend en dus mag ik wachten tot iemand de route weer komt terugbrengen. Hoelang ga ik wachten, denk ik ? Sterker nog, ga ik wachten ?
Ik heb dit nog niet gedacht of er stapt een man de VVV binnen, lang rood grijzig haar, bijzonder gebit, er missen in elk geval twee voortanden. Het viel me ook op dat hij een aantekeningenboekje in de hand had, bij binnenkomst, want later zie ik dit niet meer en een potlood en ik ervaar mezelf denkend, ah, nog een schrijver/dichter ...
Hij gaat een boek kopen over Art Nouveau (in Nederland) en reikt het mij aan, als ik daarover een gesprek met hem begin.
Ik blader erin, terwijl hij vertelt over een affiche voor thee van Jan Toorop die erin staat, als het bladeren stil valt, op een pagina met ook een affiche:
Jacques Perk gedichten ... Is deze man een nazaat van Jaques Perk?
Cultuur barbaar die ik blijk te zijn, ik had niet eerder van deze man gehoord en terwijl de brenger van deze alinea van dit verhaal, me vertelt dat het een belangrijk Nederlands dichter was, die jong gestorven is, zeg ik tegen hem, Perk heeft vast ook over een merel gedicht, daar ik gedichten aan het vinden ben, voor het dichterscafé thema van april Blackbird singing ...
Jacques Fabrice Herman Perk (Dordrecht, 10 juni 1859 - Amsterdam, 1 november 1881) jeetje maar 22 jaar geworden.
Na enig speurwerk vind ik naast vele andere sonnetten van hem: http://dbnl.nl/tekst/perk003frws01_01/perk003frws01_01_0004.php#47
Eenzame eik
Hij is: zijn armen zeegnen stilte en duister,
Die eeuwig woonden rond den reuzestam;
En in de wolken wiegt in kracht en luister
Een meir van loof, het graf der bliksemvlam.
De profecij der eeuwen, hoor! zij ruischt er
Door 't bochtig hout, dat ketterzang vernam
En stil gebed en vloek en zoet gefluister;
En 't klimveil rankt om spichtig mos en zwam.
En tusschen wortelknoest en stronk, die boren
Het hart der aard, knaagt vrij de schuwe muis;
De merl laat ver omhoog haar liedren hooren.
Wiens houwen zwicht ge eens, stortend met gedruis?
Wien, eik! zult ge op de waterbanen schoren...
Welk honderdtal wordt gij ten doodekluis?
Aantekeningen: aant.
Profecij: profetie, voorspellende stem.
Klimveil: klimvaren.
Rankt: groeit met zijn stengels (eigenlijk: groeit zoals een stengel).
Mos en zwam: mossen en zwammen die op de eikenstam groeien.
Merl: merel.
Wiens: voor wiens.
Wien, eik! zult ge op de waterbanen schoren: Wie, eik, zal jij (als je geveld en verder bewerkt zult zijn) op het water dragen (als een boot)
Welk honderdtal wordt gij ten doodekluis: voor welk honderdtal mensen zal je tot een doodskist worden?
Interessant voor mij is dat ze het woord meir niet bij aantekeningen vertaald hebben, want ik kende dat nog niet:
meir http://www.encyclo.nl/begrip/meir
woord uit 1812, uitleg bij teksten van E.J. Potgieter (1808 - 1875) meer, plas.
Meir is ook een Hebreewse jongensnaam. Het betekent `verlicht`
De vrijwilligster heeft, in de tussentijd ook niet stilgezeten, na enig speurwerk van haar kant, toch een route voor me weten te bemachtigen. Ze vertelt dat er in totaal 3 enveloppen zijn, met daarin een boekje met de teksten, de bijbehorende hesjes en de mp3 speler, met de audiofragmenten en dat het de bedoeling is dat ik deze gevulde enveloppe, na gebruik, weer bij haar inlever. Een prima duurzaam idee Pieke!
Ik begin te bewegen en kom langs het, in mijn ogen dan hè, geweldige huisje, waar kortdurend een tweedehandskledingzaak in gezeten heeft, die nu in het vroegere VVV boerderijtje zit. Later, op de route, vertelt Herman mij, dat er, in zijn jeugd, een snoepwinkeltje in gezeten heeft. Ah, schiet er door mee heen, een delicatesse zaakje zou dus kunnen ..., voor koffie/thee met handgemaakte bonbons, heerlijke wijnen met dito kaasjes, voor ter plekke te nuttigen en/of voor mee te nemen, Heerlijcke geschenken geheten. Zoiets? Het staat nu leeg, althans zo oogt het en als ik brutaal denk, even zien of er ook een tuin bij is? en brutaal doe, kijk ik voor de tweede keer in het, net voor het eerst geziene gezicht van Peter, zo hoor ik later, van de man, die even naast me op het bankje bij de kleine begraafplaats komt zitten. Peter woont daar en verhuurd het voorste deel van de woning. Maar jeetje, de achterkant van dit schitterende huisje verdient ook nog de nodige aandacht, is wat ik denk, terwijl ik weer naar voren loop.
Peter naambetekenis: Peter is een Duitse jongensnaam. De betekenis van de naam is `steen`.
Hmmm, ik krijg deze wandeling, zo lijkt het, naast dromerigheid, de realiteit ... en een kijkje achter de schermen.
Ik begin te lezen in het boekje De Johanneswandeling nr 8. Het dingenlied (luisteren op het bankje in het rosarium)
Wat een prachtige zinnen staan daarin:
De mensen en de dieren en de dingen hebben elk een naam
en dienen allen stuk voor stuk de vorm waaruit ze zijn ontstaan
Want al wat is neigt naar gewicht: de zwaartekracht van massa
En vorm baart vorm en steen houdt stand en aarde stelt beschikbaar.
De mensen en de dieren en dingen hebben elk geen naam
en dienen na verloop van tijd steeds minder wat ze deed ontstaan
want al wat is verliest gewicht: het zwaktebod van massa
geen vorm blijft vorm, geen steen houdt stand en niets is eeuwig weerbaar.
Zie alles overlappen, overschrijden, vloeibaar voortgaan
want alles om ons heen is steeds van zin tenslotte op te gaan.
Nu al verheugd over zoveel moois loop ik verder, om vervolgens, bij de Johanneskerk, op een van stenen traptrede zittend, haar verhalen te lezen over de oorsprong van de Johanneskerk, over Johannes. Waarna ik opsta en verder loop.
Ik zit goed en wel te lezen, op het bankje, bij de kleine begraafplaats, als een man met hond vraagt of ie ook op het bankje plaats mag nemen. Na zijn bijdrage aan dit verhaal, in de vorm van de naam Peter, zegt hij ook nog: "Ja, de hond houdt van de geuren van de nacht, snuift graag deze geuren, die de dieren hier, tijdens hun nachtleven, achterlaten, op", kijkt vervolgens de hond aan en zegt: "Kon je er maar over vertellen, hè" en loopt met de hond de begraafplaats op.
Ik loop door, mijn humeur stijgt, met de graden van mijn huid, door de warmte van het zonlicht, mee.
Bij de grote begraafplaats wordt hard gewerkt. Al van verre hoor ik het geluid van een machine die, zo later blijkt, het gras maait. Een geluid dat elke gedachte, elk woord, die daar, op het bankje zittend, in me zou hebben kunnen opkomen, onhoorbaar maakt. Maar hee geen nood, geen nood, want de woorden zijn niet dood, ik kan ze even niet horen, waardoor ze ongeboren blijven, maar hee geen nood, want noten klinken hier in overvloed, in een monotone tonenstoet, die mij slechts het woord ontnemen.
Wanneer ik vervolgens de benen weer recht onder de romp plaats en verder loop groeten de werklieden mij, terwijl ze de, naast de begraafplaats geplaatste, keet binnenlopen, het is 16:00 uur, hun werk zit erop, tijd om naar huis te gaan.
Ze zeggen me, kon ik meer verwachten van mannen die tussen de doden grazen, "Dag."
Daarna, op de picknickbank, aan de Regge, uitkijkend op de boerderij van Herman, luister ik naar het nummer 'Heel wat mans', de dromerige stem van Pieke voert me kortdurend zijn leven binnen en ineens bedenk ik me dat ook hij een op leeftijd zijnde Herman is. Gisteren sprak ik hier met mijn broer over, aangezien onze vader Herman heet, dat de Hermannen die ik nu ken, allemaal hun vrouw overleefd hebben ...
In het Engels staat er Herman = her man = haar man, zou het kunnen dat een Herman dus, misschien wel juist daardoor, een sterke mansoort is?
Naambetekenis Herman: http://nl.wikipedia.org/wiki/Herman_%28voornaam%29
Herman is een Germaanse jongensnaam met als betekenis "legerman", "legerheld" of "krijger" (her = "heer", "leger"; man = "man", "held"). Aha een krijger, een ontvanger dus ...
Herman is buiten zie ik, de berm aan het harken. Ik loop iets van de route af, naar hem toe en laat hem het op hem geïnspireerde lied van Pieke horen, hij glimlacht en wijst me de zeis, als ik daar naar vraag en zegt: "Ik heb meer met natuur dan met cultuur."
Daarna loop ik, over de Wilgenmansweg en de Borculoseweg (lezend/luisterend naar haar verhalen) naar Kasteel Warmelo
en lees daar, voor het kasteel op de picknickbank gezeten, over haar ontmoeting met gans Wiewie:
"Op sommige dagen schittert het water in de avondzon en zweven er smaragdgroene waterjuffers boven die de laatste zonnestralen vangen. Op andere dagen ligt er ijs, misschien zelfs sneeuw op het ijs.
Het is een andere dagen: iedereen op het kasteel vraagt zich af of de gans Wiewie deze winter dan toch zal doodvriezen. De gans is 32 jaar oud, je kan haar aaien en tegen haar praten: dan kletst ze gemoedelijk gakkend terug. Ze is de enige vogel op het landgoed die menselijk contact op prijs stelt, de anderen zijn vaak opvallend schuw, kakelen overstuur, verschansen zich bangelijk achter de rotsblokken van hun stenen biotoop of klimmen, gespannen onder je bezoekersblik, met stijve en stiekeme poten terug naar hun donkere papegaaienholen. Dat wat van achter het gaas komt naderen, komt bedreigender over als je zelf niet weg kunt, maar gans Wiewie is vrij om te gaan en staan waar haar oude poten haar heen brengen, wat nooit erg ver is."
Als ik opsta valt me een steen op, die op het grindpad ligt, ik buk en raap em op. Hij is geelachtig van kleur met witte strepen, en ligt me heerlijk in de hand, voelt warm van het zonlicht, denk ik. Twee tellen later valt me een ander, heel klein grijs steentje op, eerst denk ik aan ruilen, maar als ik het kleine steentje in de hand heb is deze ijzig koud, ik leg 'm terug.
Met de warme steen in de hand loop ik een weg achter Kasteel Warmelo op, die ik nog niet eerder gelopen heb. Er hangt een bordje 'eigen weg', dus ik vraag toch maar even, voor de zekerheid, aan een man die ik daar tref, of ik hier wel lopen mag.
Dat mag en zo komt het dat ik, op die weg, een andere landgoedbewoner als Pieke als inspiratiebron aangereikt krijg, te weten baltsende pauw Wauwwauw:
,
PAUW WAUWWAUW
Zijn ogen banen hem een weg
waarheen, hij weet het zelf nog niet
evenals waartoe
ligt dit nog in 't verschiet
misschien draagt zijn waaier
daarom zoveel ogen
kijkend alsof ze pogen
ziende te zijn
laat hij zijn twijfels groot en klein
zie ik genoeg, zie ik het goed
hemelwaarts keren
telkens als hij haar ontmoet.
Erica Rekers 13 april 2015
Deze weg brengt me, naast de ontmoeting met pauw Wauwwauw, ook de verbazing over 'iets' dat ik in de parktuin van Warmelo zie staan en wat me aan een soort Japans/Chinees dak doet denken, waarbij het huis zich dan ondergronds moet bevinden? als Otto, zoals hij me later vertelt, als ik me voorstel als Erica, langsloopt en als ik 'm dat vraag, stilhoudt en vertelt dat dit de beginfase is van een zandsculptuur:
In het hout
zit zand en binnenkort beginnen de kunstenaars aan hun zandsculpturen, die vervolgens, 10 stuks, in het park te zien zullen zijn.
Ik laat Otto daarna het verhaal van Pieke zien, dat ze bij Kasteel Warmelo geschreven heeft en dan zegt hij enthousiast, wijzend op haar tekening, dat hij het is die ze daar getekend heeft, dat hij Pieke ontmoet heeft en dat ze hem toen vroeg de hamer zo vast te houden, terwijl ze daar een foto van maakte:
Ik laat Otto daarna het verhaal van Pieke zien, dat ze bij Kasteel Warmelo geschreven heeft en dan zegt hij enthousiast, wijzend op haar tekening, dat hij het is die ze daar getekend heeft, dat hij Pieke ontmoet heeft en dat ze hem toen vroeg de hamer zo vast te houden, terwijl ze daar een foto van maakte:
Doorlopend ontdek
ik tenslotte de functie van de enorme schuren, waar ik anders, aan de achterkant
langslopend, me al vaker over had afgevraagd wat ze daar toch in doen en nu weet ik dus dat het paardenstallen, behorend bij Kasteel Warmelo, zijn ...